ENKHUIZEN – Tien jaar geleden besloten een aantal scholen in Nederland om het havo onderwijs beter te laten aansluiten op de leerlingen en het vervolgonderwijs door meer praktijkgericht te gaan lesgeven. Uit onderzoek van de Onderwijsraad en de Inspectie van het Onderwijs blijkt dat al langer een havist meer behoefte heeft aan praktijk en leren door te doen en dat biedt het onderwijs op dit moment nog niet.
Het kabinet heeft nu de intentie uitgesproken om het praktijkgerichte havo structureel te verankeren in regelgeving zodat alle havo-vestigingen de vakken die gericht zijn op de praktijk te mogen aanbieden vanaf 2026/2027. De komende jaren wordt de regelgeving aangepast om de beide praktijkgerichte programma’s, pgp-technologie en pgp-maatschappij, als volwaardige schoolexamenvakken binnen het reguliere havo op te nemen.
De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Mariëlle Paul over haar plannen: “Al ruim tien jaar werken we op een zorgvuldige wijze in nauwe samenwerking met scholen aan de ontwikkeling van praktijkgerichte programma’s. Leerlingen, scholen, bedrijven en vervolgopleidingen zijn enthousiast. Bevlogen docenten zetten het praktijkgerichte havo op hun eigen manier stevig neer. De verscheidenheid is de kracht van deze schoolexamenvakken en het enthousiasme bevestigt dat we op de juiste koers zitten om het havo te versterken.“
Op de onderwijsbegroting zijn vanaf 2027 extra middelen gereserveerd hiervoor. Dit is belangrijk omdat havo-scholen met aanvullende bekostiging voor praktijkgericht onderwijs gefaciliteerd en gestimuleerd worden om onderwijs praktijkgerichter vorm te geven. De Staatssecretaris laat ook het praktijkgericht lesgeven voor het VWO onderzoeken. Ook vanuit het VWO is de roep om meer praktijkgericht les te gaan geven groter geworden. Het SLO zal aankomend voorjaar hier een advies over gaan geven aan het kabinet.
