ENKHUIZEN – Rob Hartog werd in zijn carrière zowel Nederlands als Europees Supersport kampioen en behaalde in 2022 een derde plaats in het IDM Superbike. De 32-jarige Hartog kondigde onlangs zijn afscheid in de racerij aan. Het werd een onverwacht einde, omdat hij zijn laatste race vanwege een schorsing niet mocht rijden. Betekent dit einde verhaal voor de familie Hartog, de bekendste naam uit de wegrace?
Interview: Asse Klein / Foto: Damon Teerink
Rob, ben je definitief gestopt? “Ik ben gestopt, maar het besef is er nog niet. 14 jaar ben ik alleen maar met motorsport bezig geweest. Natuurlijk weet je dat dit moment er een keer aankomt. Voor het seizoen wist ik nog niet zeker of ik zou stoppen, maar ik heb de kans gekregen om in mijn maatschappelijke carrière door te groeien en ik ben onlangs vader geworden. De sport heb ik altijd zo mooi gevonden en de passie was zo groot, dat deze externe factoren misschien wel nodig waren om mij te laten stoppen. Al hielpen de laatste twee seizoenen niet mee, waarin ik veel blessures en tegenslagen heb gehad.”
Het was een raar einde omdat je geschorst was tijdens de laatste IDM-ronde. Je kreeg deze straf vanwege fysiek contact met een andere rijder na een crash. Totaal niets voor jou. Hoe kon dat gebeuren? “Dat heb ik meer gehoord, zelfs mijn vriendin geloofde het eerst niet. Ik werd van de motor gereden door een rijder, die veel vaker bij dit soort incidenten betrokken is geweest. Toen ik zag dat hij het was, sloegen bij mij even de stoppen door en heb ik hem geschopt. Ik ben slechts drie keer in mijn carrière echt boos geweest, dus daar is echt wel wat voor nodig om mij zo kwaad te maken. Mijn actie kan ik niet goed praten, maar ik vond de schorsing overdreven. De andere rijder had mij meer lichamelijke schade toegebracht door de crash dan ik hem met mijn trap. Het was erg jammer, maar op 14 jaar maakt die ene race niet het verschil.”
Je laatste twee jaar in het IDM Superbike verliepen mede door blessures moeizaam. Ben je achteraf te lang doorgegaan? “Ik heb dat liever, dan dat ik het gevoel zou hebben dat ik te vroeg was gestopt. Ik heb nergens spijt van. 2022 was één van mijn beste jaren. In 2023 ben ik bijna het hele seizoen geblesseerd geweest. Dit jaar wilde ik er nog een keer alles aan doen. Het ging niet makkelijk in het voorseizoen om het ritme terug te vinden, maar tijdens de eerste IDM-ronde op de Sachsenring was ik onderweg naar een vijfde trainingstijd toen ik hard ten val kwam. Mijn schouder was uit de kom en het bot ingedeukt. Ik heb nog nooit zoveel pijn gehad. Het was daarna lastig om het vertrouwen en goede gevoel weer terug te vinden.”
Je oom Wil Hartog had ook geen standaard einde van zijn carrière. Weet jij hoe bij hem ging en ben jij voorlopig de laatste coureur uit de Hartog-familie? “Ik weet dat Wil in het seizoen is gestopt. Hij dacht goed materiaal voor de Grand Prix te hebben, maar dat bleek niet zo te zijn. Hij is zich gaan focussen op de grasdrogerij, een bedrijf die hij samen met mijn vader runde. Ik denk dat ik voorlopig de laatste Hartog in de racerij was.”
Wil je op een bepaalde manier betrokken blijven in de racerij? “Ik heb die ambitie altijd wel gehad. Ik ben ook al wel eens crew chief voor een rijder in de World Supersport geweest. Maar op dit moment zeg ik nee, omdat ik mij wil focussen op mijn maatschappelijke carrière. En nu ik vader ben geworden, wil ik niet meer zoveel weekenden van huis zijn. Wie weet is het iets voor later.”
Wat was het mooiste moment en de mooiste periode uit je carrière? “De Europese Supersport titel in 2018, dat zie ik wel als mijn mooiste moment. De mooiste periode was van 2015 t/m 2019 toen we met ons eigen team uitkwamen in het WorldSBK paddock. We hebben het geschopt om een volledig WK-seizoen te draaien in 2019. Ik had vanwege de beperkte financiële mogelijkheden slechts één kans in het WK en mede door een blessure kon ik er niet het maximale uithalen.”
Zou je dingen anders doen als je het over kon doen? “Ik kan mij niks bedenken, want ik heb altijd meer dan 100% gegeven. Soms waren onze middelen beperkt, daardoor moest ik er ook altijd naast blijven werken. Met ons eigen team hadden we niet het beste materiaal, omdat dit financieel niet haalbaar was. Maar met wat we hadden, hebben we altijd het maximale eruit gehaald.”
Wat zou je jonge rijders als tip geven, die een droom hebben om op internationaal niveau te racen? “Dat je ook buiten de baan altijd het maximale geeft. Dat begint op maandagochtend en eindigt op zondagavond. Denk aan voeding en training, leven voor de sport. En het is belangrijk hoe jij je opstelt naar je sponsoren, wat die zijn cruciaal. Zorg dat je alles op orde hebt, dan kan jij jezelf niets verwijten. Ook heb je het geluk nodig – zoals ik altijd heb gehad – dat je goede mensen om je heen hebt, want zonder hen haal je het niet.”