ENKHUIZEN – De rechtbank in Alkmaar heeft de 25-jarige Q.H. uit Amsterdam veroordeeld voor poging tot zware mishandeling. Op 17 juni 2023 heeft hij in Enkhuizen een oudere man bewusteloos geslagen en daarna tegen het gezicht geschopt. Hij krijgt hiervoor 376 dagen gevangenisstraf opgelegd, waarvan 100 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar. Ook moet hij een schadevergoeding betalen van 1.100 euro.
Mishandeling
Vorig jaar juni liep het slachtoffer, een man op leeftijd, na het winkelen met zijn vrouw terug naar hun auto. Vanuit het niets sloeg H. de man met kracht tegen het gezicht. Hierdoor viel de man bewusteloos op de grond. Vervolgens schopte hij de man in het gezicht.
Lees ook: Een 24-jarige Amsterdammer is aangehouden voor de mishandeling van een 78-jarige Enkhuizer
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat H. met zijn handelen een ernstige inbreuk heeft gemaakt op de lichamelijke integriteit van het slachtoffer. Op klaarlichte dag en in het openbaar heeft hij het slachtoffer zonder kennelijke aanleiding geslagen en geschopt. Dat het slachtoffer geen zwaar lichamelijk letsel heeft opgelopen is niet aan de verdachte te danken geweest. De vrouw van het slachtoffer zag dit gebeuren en stond doodsangsten uit. In zijn slachtofferverklaring heeft de man aangegeven dat zijn vrouw nog steeds geestelijke en lichamelijke klachten heeft. Dat H. vanuit het niets zo gewelddadig reageert is zorgwekkend. De rechtbank rekent de verdachte de mishandeling dan ook zwaar aan.
Lees ook: OM. eist 22 maanden celstraf tegen 25-jarige man die 78-jarige man zwaar zou hebben mishandeld
De rechtbank is van oordeel dat de ernst van de mishandeling zonder meer een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van langere duur rechtvaardigt. Voor de hoogte van de straf houdt de rechtbank er rekening mee dat H. door een ADHD-stoornis verminderd toerekeningsvatbaar is. Daarnaast ziet de rechtbank ook dat H. gemotiveerd is om zijn leven een positieve wending te geven en spijt heeft van wat er is gebeurd. Alles afwegende is de rechtbank van oordeel dat een deels voorwaardelijke gevangenisstraf passend is. In de proeftijd moet H. zich laten behandelen voor zijn stoornis, begeleid wonen en een zinvolle dagbesteding hebben.
H. moet aan het slachtoffer een vergoeding van 1.100 euro betalen voor immateriële schade.
